Dit mag je niet missen: kennis over uitvoering, beleid en bezwaar & beroep

De Wmo 2015 is bijna vier jaar van kracht en heeft al veel jurisprudentie voortgebracht. Maar zeker niet alle vragen over de uitvoering zijn nog beantwoord, de rechtspraak is nog volop in ontwikkeling. Weten wat de laatste stand is van het recht? Wat de gevolgen zijn voor beleid, uitvoering en bezwaar & beroep?

Discussieer dan mee in de Studiedag Wmo van melding tot maatwerk op 5 november in Utrecht. Door twee docenten wordt je helemaal bijgepraat. Je gaat naar huis met toepasbare kennis én een degelijk naslagwerk. Daarin staan ook diverse beleidsvoorbeelden mede gebaseerd op de laatste rechtspraak. Daaruit kun je namelijk niet alleen afleiden wat niet kan, maar ook hoe het wel zou kunnen!

Hieronder lees je een greep uit de onderwerpen die tijdens de Studiedag aan bod komen. En waar je in de reader van alles over kunt nalezen.

Procedure
Uit de onderstaande uitspraken blijkt het belang van het opstellen van een correct en volledig verslag van de uitkomsten van het onderzoek en dat een melding geen aanvraag is. In de reader is een voorbeeld-verslag opgenomen met diverse aandachtspunten voor de uitvoering.

  • CRVB:2018:3103. De in geding zijnde maatwerkvoorziening is voor de periode van 07-06-2016 tot en met 31-12-2016, in overeenstemming met wat appellante en haar echtgenoot hebben verteld over hun mogelijkheden en behoeften (schriftelijke weergave gesprek). De drijfveer voor appellante om bezwaar te maken tegen het besluit betrof niet de urenomvang, maar haar zorg om de eigen hulp die de ondersteuning verleende kwijt te raken. Verder blijkt eruit dat appellante samen met haar echtgenoot medio 2016 nog in staat was om verschillende huishoudelijke taken te verrichten en dat de sinds jaren verstrekte huishoudelijke ondersteuning in een omvang van drie uur per week nog steeds voldeed.
  • CRVB:2018:2013. Het college heeft het bezwaar tegen de brief van 30-05-2016 terecht niet-ontvankelijk verklaard. Deze brief is geen besluit in de zin van art. 1:3 lid 1 Awb, aangezien deze brief enkel mededelingen van informatieve aard bevat. Bij deze brief heeft het college de ouders van betrokkene meegedeeld dat het onderzoek, in verband met het overlijden van betrokkene, is beëindigd en dat de melding verder niet meer zal worden behandeld.

Eigen kracht
Uit de wet noch uit de parlementaire geschiedenis blijkt niet precies wat onder ‘eigen kracht’ wordt verstaan. In het algemeen bestaat ‘eigen kracht’ uit het eigen probleemoplossend vermogen van de cliënt al dan niet met hulp van anderen. Het gaat om dat wat binnen het vermogen van de betrokkene ligt om zelf tot verbetering van zijn zelfredzaamheid of participatie of tot een oplossing voor zijn behoefte aan beschermd wonen of opvang te komen. Dat wil niet zeggen dat het gemeentebestuur het eigen-kracht-principe naar eigen inzicht kan invullen. Het moet gaan om een redelijke wetsuitleg. Dat wil dus (ook) zeggen dat voor de uitleg van eigen kracht aanknopingspunten in de parlementaire geschiedenis te vinden moeten zijn. Invulling van wettelijke begrippen, zoals eigen kracht, worden door de bestuursrechter ‘vol’ getoetst.

Regelgeving en beleid
Tijdens de Studiedag is ruim aandacht voor de inhoud van het beleid. Denk aan; de verordening, nadere regels en beleidsregels. Bij de inhoud van de verordening gaat het om de vraag wat onder criteria kan worden verstaan als bedoeld in art. 2.1.3 Wmo 2015. En, of de verordening normering mag bevatten. En zo ja, welke kunnen dat zijn. Aangenomen wordt dat bepaalde regels over het pgb geschaard kunnen worden onder de opdracht aan de gemeenteraad om regels vast te stellen over misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet. In de reader van de Studiedag zijn enkele voorbeelden opgenomen.

Financiële maatwerkvoorziening
Onder de definitie van een maatwerkvoorziening valt ook de financiële maatwerkvoorziening, zoals voor het gebruik van eigen auto of een verhuis- en inrichtingskosten als het college het primaat van verhuizen toepast. Er zijn zeker meer kosten te benoemen die in aanmerking komen voor vergoeding. Zonder oordeel over de kwaliteit en tussenkomst van de Svb kan geen sprake van een pgb. De Raad oordeelt in de eerste uitspraken dat de financiële maatwerkvoorziening niet te ver af mag staan van de passende bijdrage. Hoe hoog moet de financiële maatwerkvoorziening dan zijn?

Indiceren
Het duurde even maar de voorzieningenrechter van de Raad heeft zich recent gemotiveerd uitgelaten over de vraag of resultaat indiceren is toegestaan in de Wmo 2015. Voor huishoudelijke hulp is dat niet toegestaan omdat het strijd is met het rechtzekerheidsbeginsel. Uit het besluit moet het voor de cliënt duidelijk zijn: welke concrete activiteiten verricht worden, met welke frequentie dat wordt gedaan en hoeveel tijd daar voor nodig is. De vraag op basis van welke objectieve maatstaf dat gebaseerd mag worden, zal op 10 december van dit jaar duidelijk worden. Dan zal de Raad zich uitlaten over onderzoeken die daarover zijn gedaan. Tot die tijd gelden de normen uit het CIZ-protocol als objectieve maatstaf. Aangenomen wordt dat indicaties voor begeleiding ook niet resultaatgericht afgegeven mogen worden. Of zou dat anders kunnen zijn? Uit de uitspraak van de Raad over de vraag waaraan een onderzoek moet voldoen staat overigens ook dat de omvang van de aangewezen ondersteuning vastgesteld moet worden. Is daarmee het antwoord gegeven?

Persoonsgebonden budget
Juridische geschillen over het pgb komen veelvuldig voor. Denk aan de aanspraak, het recht en de hoogte. De cliënt moet in ieder geval voldoen aan de wettelijke voorwaarden van art. 2.3.6 lid 2 Wmo 2015. Daarbij kunnen conflicterende belangen spelen; die van de budgethouder en de derde aan wie het pgb zal worden besteed. Ook het beoordelen van de kwaliteit is een belangrijk punt. Het pgb moet toereikend zijn. Maar wat is nu precies een toereikend pgb? En mag voor de persoon uit het sociaal netwerk (niet beroepshalve werkzaam) altijd het lage tarief worden gehanteerd? Er zijn nog veel meer vragen denkbaar.

Hulphond
De Raad heeft recent een uitspraak gedaan over de afwijzing van de aanvraag voor vergoeding van de kosten van de aanschaf van een hond en de kosten van de training tot een PTSS-hulphond. De Raad oordeelt dat dit terecht is geweest. Ik meen dat deze uitspraak niet als richtinggevende uitspraak kan worden aangemerkt. Het schijnt dat er veel aanvragen om hulphonden bij gemeenten in procedure zijn. Lees hier bijvoorbeeld een verslag van de rechtszitting van de Rechtbank Amsterdam.

Er valt natuurlijk veel meer te vertellen, dat voor een volgende blogupdate. Misschien treffen we elkaar op 5 november tijdens de Studiedag!

©Ingeborg Lunenburg opleiding + advies

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*