Wetsvoorstel Wtcg en CER openbaar

Deze blogpost is deel 1 van 8 in de serie Meerkosten chronisch zieken

Wetsvoorstel openbaar
En daar was afgelopen donderdag ineens openbaar het wetsvoorstel tot afschaffing van de algemene tegemoetkoming voor chronisch zieken en gehandicapten, de compensatie voor het verplicht eigen risico, de fiscale aftrek van uitgaven voor specifieke zorgkosten en de tegemoetkoming van specifieke zorgkosten en wijziging van de grondslag van de tegemoetkoming voor arbeidsongeschikten. Er is geen korte werktitel gekozen, ik volsta hierna met de titel wetsvoorstel Wtcg en CER.

Eerder blog
In mijn blog van 30 juni schreef ik over de vragen die bovenstaand wetsvoorstel oproept: wat worden de nieuwe taken van gemeenten? Het intrekken van deze regelingen staat in relatie met twee andere aangekondigde wetsvoorstellen:

  1. Het wetsvoorstel Wet werk en bijstand (WWB) maatregelen en andere wetten (zie Raad van State).
  2. Het wetsvoorstel nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) in 2015 (zie Raad van State).

Nibud doet onderzoek
In opdracht van de CG-Raad publiceert het Nibud het onderzoeksrapport: Inkomenseffecten van het afschaffen van de Wtcg, CER en de Regeling specifieke zorgkosten. Daarin staan de gevolgen becijferd, die ik in dit weblog verder onbesproken laat.

Reactie gezamenlijke cliëntenorganisaties
Bij brief van 9 september jl. vragen de gezamenlijke cliëntenorganisaties (LOC, CG-Raad, Platform VG, NPCF, PerSaldo en LPGGz) aandacht voor de inkomenspositie van mensen met een beperking. Deze brief is gericht aan de Tweede Kamer, de vaste Commissie voor Financiën, de vaste Commissie voor SZW en de vaste Commissie voor VWS. Partijen pleiten voor:

  • een basistegemoetkoming voor mensen met een beperking en meerkosten met een inkomen tot modaal via het CAK
  • de toegang tot een administratief eenvoudige compensatieregeling op gemeentelijk niveau binnen het minimabeleid door een moet bepaling voor de categoriale regeling chronisch zieken
  • maatwerk in inkomensondersteuning via de bijzondere bijstand
  • een inkomensafhankelijk eigen bijdrage systeem over de stelsels heen

Ik ga niet inhoudelijk in op hetgeen de partijen naar voren brengen.

Hoofdlijnen wetsvoorstel
De hoofdlijnen van het wetsvoorstel Wtcg en CER zijn het afschaffen van:

  1. de algemene tegemoetkoming voor chronisch zieken en gehandicapten. De hoogte hiervan in 2012 hangt af van iemands leeftijd en zorggebruik (niet pensioengerechtigd € 494 of € 296 en wel pensioengerechtigd € 346 of € 148).
    • hiermee samenhangend de korting op de eigen bijdrage AWBZ of Wmo
  2. de compensatie voor het verplicht eigen risico. De hoogte hiervan is in 2013 € 99.
  3. de fiscale buitengewone uitgavenregeling
  4. de TSZ-regeling (tegemoetkoming via een verzilveringsmaatregel)

Arbeidsongeschikten
Het recht op tegemoetkoming voor arbeidsongeschikten die door het UWV ambtshalve wordt uitgekeerd blijft bestaan. Op advies van de Raad van State worden deze tegemoetkomingen opgenomen in de betreffende formele wetten. Rechthebbenden zijn degene die op 1 juli van het kalenderjaar recht heeft op:

  • een arbeidsongeschiktheidsuitkering of WGA-uitkering
  • een arbeidsongeschiktheidsuitkering bij een arbeidsongeschiktheid van 35% of meer (WIA, WAO, WAZ of Wajong)

Wat valt op?
In de Memorie van Toelichting en het advies van de Raad van State op het wetsvoorstel Wtcg en CER staat veel geschreven over de problemen met het afbakenen van de doelgroep. Een definitie van chronisch zieken en gehandicapten die als gevolg daarvan meerkosten hebben, is feitelijk een onmogelijke taak gebleken voor de Rijksoverheid. De Wtcg en CER zijn daarmee ongerichte regelingen. Verder kan bijvoorbeeld bij de fiscale buitengewone uitgavenregeling ook niet zonder meer worden gesteld dat het gaat om meerkosten die iemand heeft als gevolg van een chronische ziekte of handicap. Belastingplichtigen kunnen een aanspraak op de Wmo naast zich neerleggen en de kosten van een (duurdere) rolstoel of aanbouw onder voorwaarden als aftrekpost opvoeren. Hiermee wordt het doel van de fiscale regeling, die slechts als vangnet zou moeten dienen voor elders niet gecompenseerde meerkosten van zorg, steeds verder opgerekt.

Maatwerk door gemeenten
Dat gemeenten in het algemeen goed in staat zijn maatwerk te leveren is een open deur. Maar ook gemeenten zullen op doelmatige wijze te werk willen gaan. Daarvoor geeft dit wetsvoorstel steun in een grote mate van beleidsvrijheid in de maatwerkvoorziening voor chronisch zieken en gehandicapten: Wmo of WWB. Het lijkt gemeenten vooralsnog vrij te staan om het budget dat gemoeid is door het wetsvoorstel Wtcg en CER in te zetten voor voorzieningen of inkomenssteun. Bekend wordt verondersteld dat de Wmo (thans en in 2015) geen inkomenssteun bevat en dat de toegang niet afhankelijk mag worden gesteld van het inkomen of vermogen. Bijzondere bijstand is aanvullende inkomensondersteuning die onder meer afhankelijk is van het inkomen en vermogen van iemand. De Raad van State merkt op dat decentralisatie meebrengt dat er verschillen zullen ontstaan tussen gemeenten. Daarnaast is het niet zeker of degene die thans een Wtcg of CER-aanspraak heeft ook aanspraak heeft op een maatwerkvoorziening van de gemeente. In de Memorie van Toelichting staat dat gemeentelijke maatwerk binnen het sociale domein ten doel heeft de participatie van inwoners te bevorderen.

Wmo-voorziening
Het is de vraag of de nieuwe Wmo 2015 meer mogelijkheden zal bieden die ‘in de plaats kunnen treden’ van de Wtcg en CER. Voor zover dat al het geval zou kunnen zijn blijft het uitgangspunt dat de Wmo geen betrekking heeft op inkomenssteun. Komt het er dan in de praktijk op neer dat gemeenten kunnen kiezen om het Wtcg/CER-budget toe te voegen aan de het Wmo-budget? Ik moet het antwoord vooralsnog schuldig blijven. De geïnteresseerde lezer wijs ik verder op mijn weblog van 30 juni.

Bijzondere bijstand
In de Memorie van Toelichting en het nader rapport staat dat de gemeente kan bepalen welke burgers in aanmerking komen voor individuele bijzondere bijstand. Deze passage bevreemd mij. Thans geldt dat het verlenen van individuele bijzondere bijstand een gebonden bevoegdheid is. Ik verwacht ook niet dat artikel 35 lid 1 WWB in die zin zal worden aangepast. Verder staat er dat de gemeente kan kiezen voor een bepaalde groep de manier van toetsing over de noodzakelijke kosten te specificeren in beleidsregels. Ook dit bevreemd mij om voornoemde reden. Een generieke benadering is hoe dan ook geen individuele benadering en zal naar ik verwacht tot juridische problemen kunnen leiden. Opgemerkt wordt dat ik er van uit ga dat de categoriale regelingen uit de WWB zullen verdwijnen.

Draagkracht en voorliggende voorziening
In de Memorie van Toelichting en het nader rapport staat dat gemeenten bij beleidsregels kunnen bepalen hoe om te gaan met zorgkosten waarvoor geen vergoeding door een andere voorliggende voorziening plaatsvindt. Ik maak hieruit op dat de deur openstaat voor het in mindering brengen van buitengewone uitgaven op de draagkracht van iemand. Ik vraag me dan ook af of het college rekening mag houden met de tegemoetkoming die arbeidsongeschikten jaarlijks uitbetaald (kunnen) krijgen. Dat lijkt mij wel. Maar let wel het moet in voorkomende gevallen eerst gaan om noodzakelijke uit individuele omstandigheden voortvloeiende kosten voordat het college überhaupt toekomt aan het vaststellen van de draagkracht. Immers, medische kosten waarvoor bijstand wordt gevraagd die niet (geheel) door de Zvw worden vergoed komen niet voor bijstandsverlening in aanmerking (art. 15 WWB). Volgens mij zijn het ook vooral die kosten waarmee chronisch zieken en gehandicapten worden geconfronteerd.

Beoogde inwerkingtreding
Het wetsvoorstel beoogt op 1 januari 2014 in werking te treden. Na deze datum kunnen geen nieuwe rechten meer worden opgebouwd. Maar er kunnen ná 2014 nog wel aanspraken ontstaan over 2013. Die kunnen tot 1 januari 2016 uitgekeerd worden. Alleen voor de tegemoetkoming CER kan het CAK tot 1 januari 2015 aanspraken uitbetalen. De Raad van State merkt in zijn advies op dat: “de toelichting geeft geen inzicht in de vorm en het karakter van de introductie van eventuele nieuwe wettelijke mogelijkheden voor gemeentelijke maatwerkvoorzieningen. Indien ten behoeve van die gemeentelijke maatwerkvoorzieningen wijziging van wettelijke bepalingen nodig is, moet de inwerkingtreding daarvan op het voorliggende voorstel worden afgestemd.” De Memorie van Toelichting is aangepast en verschaft de door de Raad van State geadviseerde duidelijkheid over de beoogde wettelijke kaders voor de gemeentelijke maatwerkvoorzieningen.

Divosa
Overigens hoorde ik gisteravond in het NOS-journaal dat Divosa geen voorstander is om eerst de WWB per 1 juli 2014 te wijzigen en vervolgens 1 januari 2015 de Participatiewet in te voeren. Die wet vervangt de WWB, de Wsw en de Wajong. Dit standpunt heeft overigens niets te maken met het wetsvoorstel Wtcg en CER maar met de ingrijpende maatregelen in de WWB en de werklast die dat met zich brengt. De bedoelde maatregelen bestaan namelijk niet alleen uit het wijzigingen van kort gezegd de bijzondere bijstand. Daarover meer in een ander weblog.

Debat in de Commissie en behandeling in de Tweede Kamer
Tot slot over het wetsvoorstel nog dit. Ik vraag me serieus af of het wetsvoorstel Wtcg en CER het in zijn huidige vorm zal halen in de plenaire behandeling door de Tweede Kamer. Of misschien zal het ontbreken van draagvlak in die Kamer al blijken bij het debat daarover in de Commissie. Hoe kan de Kamer nu stemmen over dit wetsvoorstel zonder dat de twee andere wetsvoorstellen ter behandeling voorliggen? Denk ook aan de data van de beoogde inwerkingtreding die niet op elkaar aansluiten. Verder oefenen de gezamenlijke cliëntenorganisaties fors druk uit met het onderzoeksrapport van het Nibud en de eerder genoemde brief.

©Ingeborg Lunenburg opleiding + advies

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*