Concept Wetsvoorstel Wet Langdurige zorg openbaar

Deze blogpost is deel 3 van 34 in de serie Wetsvoorstellen

logo rijksoverheidAlsof het niet op kan…Nadat op 3 oktober het concept wetsvoorstel Wmo 2015 openbaar werd, volgde op 9 oktober 2013 de rechtsopvolger van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten: het concept wetsvoorstel Wet Langdurige Zorg (WLZ).

Juridische werkelijkheid
Net als voor het concept wetsvoorstel Wmo 2015 geldt ook hier de vraag hoe het definitieve wetsvoorstel er uit zal zien. Het Ministerie van VWS heeft een schema gemaakt waarin de hervormingen van de langdurige zorg staan. Ook dit concept heb ik op hoofdlijnen bestudeerd. Daarbij heb ik voornamelijk gezocht naar de afbakening tussen de Wmo 2015 en de WLZ, zie verder hierna.

Keuzevrijheid
Zoals al door Van Rijn is aangekondigd zal de WLZ bestemd zijn voor verzekerden die niet met ondersteuning van de Wmo 2015 en de Zvw in de eigen omgeving kunnen blijven wonen. De WLZ bevat verzekerbare zorg waarbij zorg en verblijf als integraal pakket wordt aangeboden. Verzekerden hebben (nog steeds) de vrijheid om te kiezen of zij in de eigen omgeving (thuis) of in een instelling gaan wonen. De aanspraak op WLZ kan in natura of als persoonsgebonden worden geleverd, tenzij daarvoor een weigeringsgrond aanwezig is.

Afbakening Wmo 2015
Verzekerden met een toegangsbesluit WLZ ontvangen geen zorg en ondersteuning op grond van de Wmo 2015, tenzij het gaat om opvoedkundige hulp en sociaal vervoer. De verzekerde die thuis blijft wonen maar daarvoor een woningaanpassing nodig heeft kan geen aanspraak maken op de WLZ. Dat is geen wijziging ten opzichte van nu. In de toelichting staat dat het gemeenten vrij staat de woningaanpassing te vergoeden. De vraag is of gemeenten dat gaan doen. In artikel 2.3.5 lid 6 van het concept wetsvoorstel Wmo 2015 staat dat:

“Het college kan een maatwerkvoorziening weigeren indien de cliënt aanspraak heeft op verblijf in een instelling op grond van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten, dan wel er gegronde redenen zijn om aan te nemen dat de cliënt daarop aanspraak kan doen gelden en weigert mee te werken aan het verkrijgen van een besluit dienaangaande.”

Toepassing van het zesde lid vraagt om een belangenafweging. Verder lees ik in het concept wetsvoorstel dat er geen afbakeningsproblematiek meer is bij de hulp bij het huishouden (vergelijk CRVB:2013:CA2974 en CRVB:2013:BZ2595). Voor wat betreft de hulpmiddelen geldt dat of de WLZ of de Zvw aan zet is. Gemeente zijn dus zoals het lijkt – anders dan nu – niet meer gehouden hulpmiddelen te verstrekken aan de verzekerden die een toegangsbesluit WLZ hebben dan wel zouden kunnen verkrijgen en thuis blijven wonen. Voor de volledigheid merk ik op dat de instelling waar de verzekerde zijn zorg en verblijf verzilverd, voorzien moet zijn van de benodigde outillage (vergelijk CRVB:2013:CA0312).

Geestelijke gezondheidszorg (GGZ)
De verzekerende met alleen een psychiatrische aandoening(en) heeft geen toegang tot de WLZ. Dat heeft te maken met met de (herijking) van langdurige GGZ. Aanspraken vallen onder de Zvw of Wmo 2015. Op 19 juni 2012 is een bestuurlijk akkoord gesloten als voorwaarde ter invoering van de prestatiebekostiging in de tweedelijns curatieve GGZ. Inmiddels is met de betrokken partijen een aangepast akkoord bereikt.

Toegang Basis GGZ
In 2014 wordt de toegang tot de basis GGZ door de huisarts of diens praktijkondersteuners uitgevoerd.  Verder geldt dat de huisarts een verwijzing naar de huidige ’tweede lijn’ afgeeft. Veel jeugdigen worden op dit moment in de tweede lijn behandeld. De toekomstige GGZ heeft dan ook veel raakvlakken met de Jeugdwet welke aanhangig is bij de Eerste Kamer.

 © Ingeborg Lunenburg opleiding + advies

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*